Wat bedoelt Piketty met r>g en is dat op lange termijn funest voor de samenleving?
Thomas Piketty gebruikt de vergelijking r>gr > gr>g als kern van zijn analyse in "Capital in the Twenty-First Century". Het is een fundamenteel inzicht over vermogensongelijkheid. Hieronder leg ik dit helder uit:
đč Wat betekent r>gr > gr>g?
- rrr = het gemiddelde rendement op kapitaal (zoals rente, dividend, huur, winst) → bv. 4–6%
- ggg = economische groei (bbp-groei per hoofd van de bevolking) → bv. 1–2%
Dus:
Wanneer het rendement op vermogen structureel hoger is dan de economische groei, groeit vermogen sneller dan inkomens of de economie als geheel.
Dat betekent: wie al rijk is, ziet zijn kapitaal sneller toenemen dan mensen die afhankelijk zijn van loon of arbeid.
đ„ Waarom is r>gr > gr>g problematisch?
đ 1. Ongelijkheid groeit structureel
- Vermogenden worden vanzelf rijker, zonder te werken.
- Arbeid kan die groei niet bijbenen.
- Vermogen concentreert zich generaties lang, via erfgoed en rendement.
đ§ 2. Erfelijkheid van rijkdom keert terug
- Zoals in de 19e eeuw: rijkdom blijft in families (denk aan renteniersklasse)
- Kansengelijkheid daalt: kinderen van vermogenden erven voordelen die steeds zwaarder wegen
đ 3. Democratie en meritocratie komen onder druk
- Te grote vermogens geven te veel invloed op politiek, media, beleid
- Kapitaal ‘stuurt’ het systeem, niet arbeid of innovatie
- Mensen gaan zich afkeren van democratische instellingen
đ Is r>gr > gr>g funest op lange termijn?
Volgens Piketty: ja, tenzij er corrigerend beleid komt.
Het leidt op lange termijn tot:
| Effect | Gevolg |
|---|---|
| Vermogensconcentratie | Oligarchie |
| Dalende sociale mobiliteit | Erfelijkheid van kansen |
| Politieke instabiliteit | Populisme, wantrouwen, polarisatie |
| Economische stagnatie | Minder consumptie, minder innovatie |
đ§© Wat stelt Piketty voor als oplossing?
- Progressieve belastingen op vermogen en erfenissen
- Transparantie over kapitaalbezit (internationaal)
- Een mondiaal belastingregister
- Herinvesteringsmodellen via de staat (bv. publieke vermogensfondsen)
â Samenvattend
| Stelling | Inzicht |
|---|---|
| r>gr>gr>g | Kapitaal groeit sneller dan inkomen uit arbeid |
| Gevolg | Structurele toename van ongelijkheid |
| Risico | Terugkeer naar "patrimoniale samenleving" (kapitaal erf je, je verdient het niet) |
| Oplossing | Progressieve fiscaliteit, publieke investeringen, herverdeling |
Stel een belastingstelsel met minder belasting op vermogen en inkomen en een sterk progressief belasting regime bij overlijden van de langstlevende en waarbij r<g
Dat is een uitdagende maar visionaire denkoefening. Laten we een belastingstelsel ontwerpen dat:
- inkomen en vermogen minder belast tijdens het leven,
- sterk progressief erfbelastingtarief hanteert bij overlijden van de langstlevende,
- en waarin het rendement op vermogen (r) structureel lager is dan de economische groei (g) — zodat vermogensongelijkheid afneemt.
đ Voorstel: Solidair Erfmodel met Lage Levenslasten
1. đŒ Inkomen en vermogen tijdens leven: verlicht
| Component | Huidig tarief NL (2025) | Voorstel |
|---|---|---|
| Inkomstenbelasting | Tot 49,5% | Max 35% |
| Vermogenrendementsheffing (Box 3) | 32% boven âŹ100.000 | 15% boven âŹ250.000 |
| Dividendbelasting | 15% | 19% |
| Schenkbelasting | tot 40% | Ongewijzigd |
đč Doel: Werken, ondernemen en sparen worden aantrekkelijker. Vermogensgroei wordt niet ontmoedigd, maar ook niet overbeloond.
2. â°ïž Erfbelasting bij overlijden langstlevende: sterk progressief
| Erfdeel per erfgenaam | Tarief (%) |
|---|---|
| Tot âŹ250.000 | 10% |
| âŹ250.000 â âŹ500.000 | 20% |
| âŹ500.000 â âŹ1.000.000 | 35% |
| âŹ1.000.000 â âŹ2.000.000 | 50% |
| >âŹ2.000.000 | 65% |
đč Vrijstelling voor kinderen: €75.000
đč Vrijstelling voor partner: €750.000
đč Geen vrijstelling voor overige erfgenamen
đ Effect: Grote dynastische vermogens worden afgeremd. Kleine en middelgrote erfenissen blijven grotendeels intact.
3. đ Doelstelling: r < g
- r (rendement op vermogen) daalt door:
- lagere netto erfenissen (door hoge erfbelasting)
- vermogensaanwasbelasting op grote portefeuilles
- afname van concentratievermogen bij erfgenamen
- g (economische groei) stijgt door:
- herverdeling van vermogen naar productieve sectoren
- investeringen in onderwijs, zorg en infrastructuur
- lagere belastingdruk op arbeid → hogere participatie
đ Simulatie:
Stel r = 3% na erfbelasting, g = 2.5% → nog steeds r > g
Maar bij erfbelasting >50% op grote vermogens + vermogensaanwasbelasting van 1% → r daalt naar 2.2% → r < g
4. đ§ Maatschappelijke impact
- Vermogensongelijkheid neemt af
- Arbeid wordt aantrekkelijker dan rentenieren
- Intergenerationele mobiliteit stijgt
- Overheidsinkomsten uit erfbelasting stijgen tot €8–10 miljard per jaar bij topvermogens